Raadsakkoord Teylingen biedt kans op beter bestuur
In het Leidsch Dagblad van woensdag 20 april omschrijft regioredacteur Sjaak Smakman het huidige proces om te komen tot een breed gedragen raadsakkoord in de gemeente Teylingen als een ‘brevet van onvermogen’, omdat de nieuwe raadsleden zogezegd niet op een volwassen manier met elkaar zouden kunnen omgaan zonder een dik pak papier.
Hoewel ik de heer Smakman voor zijn kennis altijd zeer kan waarderen vind ik deze stelling toch wel iets te kort door de bocht. Er is namelijk ook een positieve onderbouwing mogelijk voor het huidige proces die juist kan leiden naar kansen voor een beter bestuur.
Wat deze raad namelijk in elk geval lijkt te hebben begrepen is dat een verkiezingscampagne er is voor het uitlichten van de verschillen, maar dat besturen gaat over de overeenkomsten. Én wat deze raad lijkt te hebben begrepen is dat de tijdgeest en de huidige (getalsmatige) verhoudingen vragen om een wat meer onconventionele aanpak.
Raadsleden spreken vaak de ambitie uit om ‘samen’ dingen te bereiken. Dat is ook helemaal geen bijzondere gedachte. Een raadsakkoord is er voor om gezamenlijk te bepalen welke problemen er aangepakt moeten worden en welke ambities daar bij horen. Alleen bij de uitvoering wordt het soms wat lastiger: Iedereen wil graag ‘meer woningen voor jongeren en ouderen’, maar hoe dat dan precies gerealiseerd moet worden is nu eenmaal wat complexer. Gelukkig heb je daar een college voor, en een ambtelijk apparaat, die belast zijn met die uitvoering. Daar kun je dan gerust weer over van mening verschillen.
Dan de tijdgeest: Een coalitieakkoord eigenlijk een heel ondemocratisch proces. Immers, in die constructie is het mogelijk dat een voorstel waar eigenlijk geen meerderheid voor is toch wordt doorgevoerd omdat dat toevallig aan de onderhandelingstafel zo is uitgeruild, of dat de controlerende rol van de raad wordt uitgehold omdat de coalitie uit zelfbehoud liever de rijen gesloten houdt. Bovendien, waarom zou je een raadsperiode waarin je ‘samen dingen wil bereiken’ beginnen met het opwerpen van een stevige coalitie-oppositie tegenstelling: ‘Wij wel, jullie niet’.
Een raadsakkoord biedt ook kansen om een college samen te stellen dat het beste in staat lijkt om invulling te geven aan de ambities en kaders van de raad. Voor wat betreft de invloed van partijen maakt dat uiteindelijk ook niet uit: een goed bestuur gaat geen raadsvoorstellen voorleggen waarvan ze bij voorbaat weten dat er geen meerderheid voor is. En als een college dat tóch wil doen zullen ze met een verdraaid goede onderbouwing moeten komen. Op deze manier geeft de raad ook meteen meer invulling aan haar controlerende taak en het voorkomt bestuurlijke luiheid als je niet op een ‘automatische’ meerderheid kan rekenen.
Kortom, een raadsakkoord met een uitvoeringscollege biedt kansen op een betere samenwerking en een beter bestuur. En dat zou voor de inwoners van Teylingen juist een positief signaal moeten zijn.
Frans Nederstigt
Oud-fractievoorzitter ChristenUnie Teylingen